Zo huurt u veilig een ZZP’er in:

U kunt het risico van ketenaansprakelijkheid sterk beperken door zich aan de volgende spelregels te houden.
  1. Vraag de freelancer om zijn VAR-verklaring. Kan hij u een VAR-WUO of VAR-dga tonen, dan loopt u in principe geen enkel risico.
    • De omschrijving van de werkzaamheden in de VAR-verklaring moet inhoudelijk overeenkomen met de werkzaamheden die u door hem laat verrichten.
    • De werkzaamheden moeten binnen de geldigheidsduur van de verklaring uitgevoerd worden. De verklaring is over het algemeen één kalenderjaar geldig. Als de werkzaamheden zich dus over een jaarwisseling heen plaatsvinden, dan heeft u te maken met twee VAR-verklaringen. In de overgangsperiode naar de VAR-BGL is de VAR-verklaring langer geldig gemaakt.
    • Twijfelt u over de echtheid van de VAR-verklaring, dan neemt u telefonisch contact op met het Landelijk Coördinatiepunt VAR op 088 - 15 11 000.
  2. Stel een contract op waarin u een kettingbeding opneemt. Zorg ervoor dat volstrekt helder is hoe de gezagsverhouding is, namelijk die tussen opdrachtgever en –nemer.
  3. Houdt een goede administratie bij. Leg de identiteit van de opdrachtnemer vast en bewaar een kopie van diens VAR en ID-bewijs in uw administratie (ook bewaren na afloop van de overeenkomst). Houdt de gewerkt uren secuur bij.
  4. Vraag de freelancer eventueel om een Verklaring van betalingsgedrag. Zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) hebben geen werknemers in dienst en hoeven daarom geen loonheffingen op aangifte af te dragen. Deze verklaring is dus eigenlijk overbodig, maar wordt op verzoek van de freelancer wel verstrekt door de belastingdienst in de vorm van een brief waarin ze hem informatie over zijn positie geven.